In het avondschemer stond hij daar ineens. Of het mijn eigen ogen waren die hem zagen of dat het mijn geestesoog was, weet ik niet meer.

Voor een ogenblik werd mijn blik niet langer bepaald door journalisten maar keek ik dwars door tijd en ruimte en ik hield mijn adem in.

Daar voor mij stond een oogstengel, groter dan de hoogste berg, stil en heilig te wachten tot de trompet hem het startsein geeft.
Vol spanning kijkt hij uit, over akkers van tarwe en ratelgras. Over de mensen en hun keuzes, over licht en duisternis.

De tijd die tikt en de mens maakt plannen tot de oogstbel hen wakker dreunt.
En zij met manden gevuld met hun daden verzameld worden voor de grote waag.

‘Zalig de zachtmoedigen want zij zullen voor altijd mogen bloeien op de vernieuwde aarde’, sprak de oogstengel zonder woorden.

Niels Zwaan 06 ’22 n.a.v. Matt. 13:24-40

 

Oogst-engel

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.